Maantje en Raymond Wille
Op bezoek bij . . .
In Ursel, nabij Eeklo, tussen de vlakke groene velden en weiden, aan een rustig gelegen landweg vonden we op een in het voorjaar zonnige zondag het boerderijtje (‘t Groenhof) van de gebroeders Wille, hobbyfokkers van Hertegeiten in hart en nieren.
Omdat we wat later waren dan afgesproken stonden ze ons op hun erf al op te wachten.
Bij de hartelijke ontvangst viel ons meteen op dat ze zich niet alleen bezig hielden met het fokken van geiten. Andere dieren waaronder eenden, kippen, twee honden waren eveneens van de partij. Op een aanpalende weide stonden twee prachtige fjorden waarvan er één, zoals we later vernamen, gebruikt werd bij het werk op het land.
Op het ogenblik van ons bezoek waren er dertien lammetjes, zes volwassen geiten, twee éénjarige bokken en één bonte geit op het bedrijf aanwezig.
Bij het betreden van de stallen viel onmiddelijk de netheid op en de weldoordachtheid waarmee alles was ingericht, het werd meteen duidelijk dat er hier op een eenvoudige en gemakkelijke manier kon gewerkt worden. Alle dieren worden appart opgestald in boxen met houten wanden. Overal waren likstenen, eetbakken, emmers en een hooiruif aanwezig. Er word gebruik gemaakt van éénvoudige middeltjes zodat de, meestal, gehoornde dieren elkaar niet kunnen verwonden.
Omdat het zacht voorjaarsweer was bevonden de geiten zich op de weide naast de stallen. De dieren beschikken er over verschillende perselen hetgeen de bestrijding van bijvoorbeeld worminfecties vergemakkelijkt.
Na het bezoek van de stallen werden we uitgenodigt voor een lekker kopje koffie met taart en konden we van de gelegenheid gebruik maken om een aantal vragen te stellen.
Het was eigenlijk Romaan die in 1979 startte met het houden van witte stamboekgeiten. Hij werd lid van de provinciale vereniging van Oost-Vlaanderen, schafte hem een wit geitenlam en boklam aan en ging daarmee in 1980 al naar de keuring. Voor 1979 hadden ze al een jaar of vijf “wilde” dwerggeiten van het grotere type.
Omdat Maantje eigenlijk liever hertegeiten zag werd in 1982 overgeschakeld op dit ras. Hij kocht bij André De Vusser twee lammetjes , was hierdoor zeker van goed fokmateriaal, en fokte daarmee verder.
Zij leerden op een wedstrijd in Aalter Erik Silversmet kennen waarmee ze van dan af steeds samen naar de keuringen gingen. Er ontstond een goede samenwerking tussen hen en er werd dan ook fokmateriaal geruild en aangekocht.
Voor de verzorging van de dieren kan Romaan steeds op zijn broer Raymond rekenen. Dit is ook nodig want alle ruwvoeders (hooi, wortelen, … ) worden door henzelf op hun land gewonnen.
De lammetjes worden appart van de geiten opgefokt. De melk die over is word thuis verkocht of verwerkt tot kaas (vooral harde kaasjes van ongeveer 1 kg) die dan vooral op wedstrijden vlot van de hand gaan.
De broers zijn ook steeds bereid om voor andere fokkers in te springen als dit nodig blijkt, denk maar aan ziekte, vakantie, …
Omdat ze in een landelijke omgeving wonen zijn er geen klachten van de buren over de hinder die de geiten zouden kunnen veroorzaken, ook niet in verband met de penetrante geur die bokken in het dekseizoen kunnen verspreiden.
De grootste belangstelling van de gebroeders Wille gaat buiten het fokken vooral naar de wedstrijden die her en der georganiseerd worden. Tot hun grote spijt worden er steeds minder van gehouden,
vroeger waren ze soms zaterdag en zondag met hun dieren de baan op.
De activiteiten van de verschillende verenigingen waarvan ze lid zijn worden graag bijgewoond (teerfeesten, studiereizen, …) alsook het clubkampioenschap van onze vereniging waarop ze nog nooit ontbraken.
Bij de vraag over wat ze denken over de melkcontrole kunnen ze dat wel goedkeuren voor de bedrijven die op melkproduktie gericht zijn maar niet voor henzelf die enkel en alleen in het aspect van de hobby geïntereseerd zijn.
Hetzelfde argument word ook voor de ziektebestrijding aangehaald, ze zijn niet tegen maar al de rompslomp van papieren die daarbij komt is er hen te veel aan. Ze zouden het veel liever simpel houden zoals vroeger.
Over de gele oormerkplaatjes die de tatouëringen in de oren vervangen is hij als hertegeitenfokker wel positief.
Alhoewel Romaan zeer tevreden is over zijn dieren zou hij, moest hij mogen herbeginnen, dit niet doen zonder eerst grondig na te denken over de huidige gang van zaken binnen de geitenfokkerij .
Maar nu hij toch al zover is denkt hij zeker nog niet aan ophouden.
Sinds het begin van hun stamboekfokkerij hebben de broers nog nooit het nationaal kampioenschap overgeslagen. Ze zijn viermaal nationaal reservekampioen geweest, wel is Philip Philips eens nationaal kampioen geweest met een dier dat hij als lam voor zijn verjaardag van Romaan gekregen heeft.
Ze zijn wel al driemaal provinciaal kampioen geweest en Raymond is de Belgisch kampioen geitenmelken 1997. Hij kreeg daarvoor de schaal van zijn gemeente.
We willen de broers Wille danken voor de hartelijke ontvangst die ons te beurt viel en wensen hen nog zeer veel succes met de fokkerij.